Laatste Nieuws

De Natuur rondom Nieuw Balinge

 

 

 

 

Foto: Karin Mekkes

     
   
Nieuws Natuurmonumenten    
     
Natuurwerkdag 02-11-2013 Wandelroutes Canadese ganzen in de ijsbaan
Natuurwerkdag 06-11-2010 Bomen zagen in het Mantingerzand Schotse Hooglanders
Natuurwerkdag 07-11-2009 Het Afgraven Grond in Beeld De Grazers in Beeld
Natuurwerkdag 01-11-2008 3 Ooievaars gesignaleerd mei 2012 De heide bloeit weer 15-08-2011
bericht over de oeverzwaluw Zomer in het Staatsbos Zwanen in de Middenraai 1
Jacobskruiskruid 2006  Lentefoto's 2006 Zwanen in de Middenraai 2
nestje met winterkoninkjes Rups Het Ooievaarsnest
Verborgen natuur, het 2e Molengat  De geiten op het Mantingerveld Het Mekelermeer 
Het opschonen van 2 vennen De boontjesoogst 2006 De Groene Kikker 
De heide wordt afgeplagd 1 De Kolibrievlinder   Mantingerveld, mooiste  plek van........
De heide wordt afgeplagd 2 De Nieuwe Natuur Haarweg De Heide bloeit weer 2007 
Plaggenhut Project Veur-Uutzicht   Paddenstoelen  
Plaggen steken - plaggenhut Officiële start Project Veur-Uutzicht   Papaverveld  
Plaggenhut bewoond Deel 1 Beekdal Natuurfoto's maart 2008
Plaggenhut bewoond Deel 2 Interview Veldspraak nov 2009 Ringslang+eieren, zomer 2009
Schotse Hooglanders - verkoeling Paddenstoel, inktviszwam okt.2010 Ringslang in vijver, juni 2010
mei 2012 foto's van een nestkastje Ooievaar gesignaleerd mei 2011 De Ringslang in april 2011
3 lepelaars gespot, mei 2011    
Paddenstoel, inktviszwam aug.2011    

  

Verbinden en vergroten

In 1992 lanceerde Natuurmonumenten het plan Goudplevier: een plan om vier natuurterreinen in het Mantingerveld (Mantingerzand, Hullenzand, Lentsche Veen en Martensplek) bij Nieuw Balinge met elkaar te verbinden. Het einddoel was - en is - één groot natuurgebied van zo’n 1200 hectare (3x4 km).

   

Er zal een landschap ontstaan met de kenmerken van de bestaande natuurterreinen: droge en natte heide, veentjes, schraal grasland, open zand en plaatselijk natuurlijk bos.Ongeveer het landschap zoals het er uitzag vóór de grote ontginningen.

Om de heide in het Mantingerveld in stand te houden, grazen hier schapen, geiten, pony's en runderen.  Het Mantingerveld bestaat uit verspreid gelegen bos- en heidegebieden. Ertussen ligt voormalig bouwland dat door middel van natuurontwikkeling wordt omgevormd tot schrale vegetaties. De bemeste bovenlaag wordt dan, waar nodig weer verwijderd tot aan het zand.!

Binnen enkele tientallen jaren ontstaat zo één groot natuurgebied, dat kansen  biedt aan vele soorten vogels, zoals de geelgors, wulp, slobeend en torenvalk.  Ook reptielen, zoals de adder,ringslang, hagedis, zandhagedis en kikkers komen voor in het gebied. Veel voorkomende flora in het gebied is bijvoorbeeld kleine wolfsklauw, klokjes gentiaan, lavendelheide, veenpluis en diverse bijzondere korstmossen voor.

 

Hagedis   Zoals zijn naam al aangeeft is deze hagedis levenbarend. Het wijfje bewaart de eieren in het lichaam tot de embryo's volledig ontwikkeld zijn. Het wijfje brengt tussen april en juni 3-10 volgroeide jongen ter wereld. De hagedis is overdag actief en eet vooral insecten, wormen en spinnen. Zandhagedis  Een Zandhagedis kan wel twintig centimeter lang worden en leeft van insecten. Ze hebben kaal zand nodig om hun eieren in af te zetten. De zandhagedis houdt een winterslaap en doet dit bij voorkeur in een verlaten muizenhol

 

Ringslang  De ringslang dankt zijn naam aan de 2 halvemaanvormige gele, witte of oranje vlekken achter de kop en die in de nek aansluiten. De vrouwtjes van de ringslang bereiken doorgaans een lengte van 120 cm, de mannetjes blijver iets kleiner, zo een 90 cm

 

Adder   De kleur verschilt voor beide geslachten. De mannetjes zijn levendiger getekend met een gitzwarte zigzagstreep op een ondergrond van vuilgeelkleurig, terwijl de vrouwtjes meer bruinachtig van kleur zijn met een bruine en vaak minder duidelijke zigzagstreep. Vrouwtjes worden ongeveer 70 cm lang, mannetjes 65 cm.

 

Voor gevleugelde rustzoekers

De westkant van het Mantingerveld zal in de toekomst het rustige deel van het gebied zijn. Het beheer is er op gericht grazige heidevegetaties te ontwikkelen, afgewisseld met natte laagtes, vennen, stuifzand en bosjes.Een prima leefgebied voor reeën en andere dieren als adder, vos en das. De natte delen zijn vooral voor eenden (wintertaling en slobeend) en steltlopers (wulp, grutto, groenpootruiter en goudplevier) van belang. Zangvogels als roodborsttapuit, blauwborst en boom-leeuwerik zijn nu al vaste broedvogels. Deze vogelsoorten hebben behoefte aan rust, daarom is dit deel van het gebied minder goed ontsloten voor wandelaars.

blauwborst tapuit-man  paapje

wulp

kokmeeuw grutto torenvalk